Over wat van mij is - en wat niet

Rikko geeft op de vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Hij leest om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt hij de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren.

Tekst onder afbeelding

Over wat van mij is – en wat niet

Goedemorgen en van harte welkom bij de PopUpGedachte. Ik ben Rikko en ik schrijf overwegingen om de dag mee te beginnen. Vandaag met de titel:

Over wat van mij is – en wat niet – PopUpGedachte maandag 5 juni 2023

Maandagochtend vroeg. We worden hier wakker in ons tuinhuis aan de rand van de stad. Een houten huisje in een soort groen paradijs – tenminste, dat is het voor ons. Hier hebben we al heel wat dagen doorgebracht de afgelopen 10 jaar. Lezen, tuinieren, schuren, schilderen, zweten of niets doen. Er is een soort plek gegroeid, waar we eindeloos dankbaar voor zijn. Onze plek, resultaat van hard werken, veel liefde en heel veel dankbaarheid.

Ik voel me eigenaar – in elk geval een beetje – als ik uit het raam kijk. Ik weet van elk plant ongeveer de geschiedenis, van elke boom en van de vlaggetjes, de kussens en de tafel. Van mij, van ons, wij wonen hier.

Zo kijkt de Hongaar naar het eigen land. Mijn taal, mijn cultuur. Ze zijn allervriendelijkst, beschaafd in het verkeer, in Budapest krijg je echt gewoon voorrang als je daar recht op hebt. Een bijzonder fenomeen voor een Amsterdammer. En met die eigenheid, komt een vreemdeling-vijandige politiek waar de honden geen brood van lusten. Niet alleen daar, de mensonterende politieke geluiden jegens vluchtelingen verspreiden zich snel over Europa. Engeland, Denemarken en ook bij ons hier in huis. 70.000 mensen die dit jaar naar Nederland zouden komen, zouden volgens een smaldeel van de VVD ‘catastrofe van ongekende omvang’. Het is een beetje een tuinbezitter die ‘catastrofe van omgekende omvang’ roept bij een serie molshopen in het geliefde gazon, terwijl verderop een compleet flatgebouw afbrand met honderden slachtoffers. Maar daar had de tuinbezitter even geen oog voor.

Vandaag in de lezing van de dag begint de rabbi een verhaal – over één van de oudste karaktertrekken van de mens. De karaktertrek die hemzelf de kop gaat kosten: “'Er was eens een man die een wijngaard aanlegde, er een omheining omheen zette, een wijnpers in uithakte
en er een wachttoren in bouwde; daarna verpachtte hij hem aan wijnbouwers en vertrok naar den vreemde. Op de vastgestelde tijd zond hij een dienaar naar de wijnbouwers om zijn aandeel in de op­brengst van de wijngaard van hen in ontvangst te nemen. Maar zij grepen hem vast, mishandelden hem en stuurden hem met lege handen terug.”

Het is een hypermenselijk fenomeen. Het eigene als het eigendom beschouwen. Je beseft op een gegeven moment als mens dat je leeft, alles wat je hebt, krijg je. En in dat proces van menswording is het nodig om te kunnen zeggen dat iets van jou is. Zo werkt het. ‘Van míj’! Het pijnlijke is dat die kinderfase ergens onder de oppervlakte blijft sluimeren. We weten wel, als we volwassen worden, dat we niet van onze rijke maaltijd kunnen zeggen, dat die van ons is, als onze geliefden of andere naasten honger lijden. Dat álles wat we hebben, gekregen is. Zelfs onze mogelijkheid om te werken of om iets van het leven te maken. Wat van ons is, dat is niet van ons. En toch is het ongelofelijk moeilijk om het steeds weer je eigen te maken. Hoe onzekerder de tijden, hoe moeilijker. Voor volwassen vertrouwen is een gevoel van veiligheid nodig. En dat is er niet zomaar.

Misschien dat daarom wel die spiritualiteit zo van essentieel belang is. Een basisvertrouwen in de wereld, het ‘insjallah’ van de mensen op de vlucht die ik onderweg steeds tegenkwam, op weg naar een toekomst in Europa. Als God het belieft, is er voor ons een plek. En voort gaat het, weer een poging, weer prikkeldraad, weer tegenslag, weer wachten. Overgave.

Moeilijker voor de thuisblijver. Goede procedures zijn essentieel, maar wat als er meer mensen komen? Laten we de arbeidsmarkt voorlopig voor hen afsluiten. En de behuizing zo karig mogelijk houden. Ons bezit staat onder druk.

In de oude teksten van christendom – en Jodendom en Islam – is de gelovige de vreemdeling op aarde, heeft een tijdelijk thuis gekregen maar geen recht. Een reiziger, een vluchteling vaak. Dat perspectief is broodnodig. Zeker als je een wijngaard hebt gekregen om te beheren, of een tuin aan de rand van de stad – of, zogezegd, een leven überhaupt.

Tot zover vandaag. Een hele goede maandag gewenst. Meer over de PopUpGedachtes te vinden op www.popupgedachte.nl – en de podcast in de podcastapps. Voor nu: Vrede, en alle goeds.

 

 
Vorige
Vorige

Wat je met je hart doet

Volgende
Volgende

Ruimte maken