Laat het waaien

Rikko geeft op de vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Hij leest om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt hij de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren.

Tekst onder afbeelding

Laat het waaien – PopUpGedachte maandag 17 april 2023

Een blad wordt van de grond geschept en begint te draaien in de wind, als door een onzichtbare hand of aan een touwtje draait en dartelt het op de wind. Het plakt vlak tegen een muur in de hoek van een sponning van het raam of draait hoger en hoger de grijs-grauwe licht in – in oneindige vrijheid tollend en draaiend in ongedachte bochten – om dan weer naar beneden te komen, waaruit ik concludeer dat de wind even zachter is gaan waaien. Dan weer omhoog en omlaag tot het weer even rust of klem is komen zitten in een windloos hoekje. Ik zie de wind niet, ik zie slechts de bewegingen van het blad. Ik denk de wind erbij, anders kan mijn hoofd het niet verklaren. Want wat zou het als opeens bladeren gaan dansen. Uit zichzelf de vrije vlucht kiezen boven de hoofden van verbaasde mensen, wiens haren geen millimeter bewegen omdat er geen zuchtje wind te bekennen is. Alleen dat blad, dat tolt en gaat. Je zou er zomaar bang van worden. Want als de natuur tot leven komt en een eigen wil ontwikkelt, waar zijn wij dan? Als de bomen zouden spreken en zich tot ons zouden richten, wat zouden ze dan zeggen. Zouden ze zich in alle rust hummend tot ons wenden en zich vriendelijk voorstellen als medebewoners van de aardbol, of zouden ze zich angstig afvragen of we hen niet het leven zuur zouden maken – of, en dat kan ook, zouden ze ons humeurig de mantel uitvegen over ons onverantwoordelijk gedrag, puur gelegitimeerd door het feit dat wij konden praten en zij niet.

Het blad tolt niet op eigen initiatief. Het wordt voortgejaagd door de wind en tolt weer rustig neer als die wind gaat liggen. Maar hoe gaat dat bij jou en mij? Op welke wind wordt mijn gemoed opgetild, draaiend en tollend tot groter hoogte? En welke zucht valt weg als mijn hart ter aarde stort, in onvermogen. Wat als ik ingeklemd tussen glas en ruitenwisser voortgejaagd wordt door externe factoren, de wind had me opgenomen, maar toen joeg een automobiel zich dwars door mijn ontvangen vrijheid – en nu jaag ik in een moordtempo over de snelweg naar onbekende stemming. In afwachting van betere tijden.

Vandaag vergelijkt Jezus van Nazareth de goddelijke Geest met de wind. En dat het zaak is als mens uit die Geest opnieuw geboren te worden. Opnieuw, vraagt de leraar Nikodemus met opgetrokken wenkbrauwen? Dat gaat toch niet, mijn lijf is te groot om weer door een geboortekanaal terug te keren in de baarmoeder. Een plastische gedachte, die me inderdaad nogal pijnlijk, onmogelijk en absurd lijkt. Maar Jezus van Nazareth laat zich niet uit het veld slaan. Hij toont zich vooral verbaasd over het gebrek aan voorstellingsvermogen. Natuurlijk moet ieder mens nóg eens geboren worden, maar dan als ziel, geestelijk, diep van binnen ter wereld komen.

ER staat vandaag dit:” Verwonder u niet dat Ik u zei: gij moet opnieuw geboren worden.
De wind blaast waarheen hij wil; gij hoort wel zijn gesuis, maar weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heen gaat; zo is het met ieder die geboren is uit de Geest.”

Je hebt een leven dat gaat over óverleven, over naam maken, verschil maken, van betekenis zijn, kinderen voortbrengen als dat enigszins mogelijk is en een nalatenschap creëeren. De gewone dingen die bij elke evolutionair wezen horen. Je gaat de pijn uit de weg, je omarmt het plezier en je leeft met degenen die je het leven gunnen. Geven en nemen is in evenwicht en je werkt in de hoop dat het je iets op zal leveren.

Da’s logisch. Maar het gekke is, zegt Jezus, er zijn mensen die leven onlogisch. Zij zetten zich in voor verloren zaken, zij houden van mensen die niet van hen houden, zij vergeven het onvergeeflijke. Zij worden door een onzichtbaar zuchten van de aarde gelicht en tollen in de lucht in onmogelijke bochten. Zij zijn opnieuw – van boven – geboren en zien de dingen anders dan hen die gewoon leven. En sinds Pinksteren is die geest door de wereld aan het dwarrelen en raakt mensen aan. Jou, mij, anderen in je omgeving. En het verlicht hen – het geeft die sprankel in de ogen van de dame die na jaren investeren in weeshuizen in derde wereldlanden overspannen is geraakt, in een zwart gat viel en daar tot de ontdekking kwam wat écht van waarde is. Dat haar werk zinnig was, maar haar burn-out nog veel zinniger. Dat de pijn en de donkere wolk nooit meer weggaat, maar dat ze iets nieuws van het leven heeft geleerd. Het zijn niet haar woorden die raken, het zijn de vonkjes in haar ogen, zichtbaarder door de duisternis die ze benoemt. Opnieuw geboren, door de geest – op de dwarrel van de wind vreemde paden volgen. Niet zomaar, niet zelf je optillen aan je haren uit een moeras, maar meegevoerd worden. Dat is de belofte. En zie je iemand het luchtruim kiezen, concludeer dan dat misschien de geest wel waait. Want dat doen we met die bladeren ook.

Tot zover vandaag. Een hele goede maandag gewenst – en vrede, en alle goeds.

 
Vorige
Vorige

Jouw bevrijding en de mijne

Volgende
Volgende

Opstandig